BANAD 5 : het voormalig instituut voor de behandeling van oogziekten van dokter H. Coppez


Het was de bedoeling BANAD dit jaar af te sluiten met een bezoek aan de baden van Sint-Joost-ten-Noode, maar blijkbaar mocht het vorig weekend qua zwembadtoerisme niet zijn, want dat bezoek werd een paar dagen ervoor zonder opgaaf van reden afgelast. Wie zich daarvoor had ingeschreven, kon wel een alternatief kiezen uit een beperkte waaier van andere gebouwen. Of zich gewoon laten terugbetalen.
Mijn keuze viel uiteindelijk op de oogkliniek van dokter H. Coppez, iets wat ik helemaal niet kende. Maar bij het bezoek aan het Riez-herenhuis een weekend eerder had een bezoeker de naam laten vallen, want... de oogkliniek werd namelijk gebouwd door dezelfde architect; de u intussen ook al bekende Jean-Baptist Dewin, die het in 1912 bouwde. Van alle deze editie bezochte gebouwen, is dit dus het oudste, maar ook een van de strakste aan de buitenkant, wat toch wel opvallend is, aangezien het tot de art nouveau wordt gerekend.
Het bevindt zich aan de Tervurenlaan en oogt van buiten nog relatief sober in vergelijking met tal van andere stulpjes die langs deze overbekende laan staan.

Het gebouw was een opdracht van een vooraanstaand oogarts Henri Coppez, die er zowel zijn praktijk als huis in onderbracht. Momenteel is het eigendom van een (investerings- of vermogens)bank, dat ook het pand ernaast heeft. Die kocht het voor de Covid-pandemie en liet het erna renoveren. Deze renovatie is dus eigenlijk nog maar onlangs beëindigd en dit weekend werd dus aan geïnteresseerden de kans geboden het ook eens te bezoeken. Ik vond het wel een stijlvolle renovatie, ondanks het feit dat het niet meer 100% getrouw naar het origineel gebeurde.


Het thema van het oog komt vaak terug in het interieur. Het geheel oogt dus eerder strak en zou daardoor blijkbaar eerder aanleunen naar de art nouveau zoals Paul Hankar die zag (dus veel minder slingerend als bijvoorbeeld Horta), met veel rechte lijnen.
Het werd dus in 1912 gebouwd, toen de auto nog niet zo ingeburgerd was. Achter het huis waren dan ook stallen gebouwd, waar de patiënten hun paard en koets konden achterlaten.

Onze gids had wel het een en ander te vertellen en hield zijn publiek geboeid. Tegelijk werd ons toch ook wel enige vrijheid geboden, al werden we daarbij wel in de gaten gehouden door veiligheidspersoneel (begrijpelijk wellicht). 

Het was een fijne afsluiter en heel het evenement smaakt naar meer. Ik vond m'n keuze een fijne mix tussen (voormalige) woonhuizen en meer institutionele gebouwen. Bezoeken zijn wel betalend (zowat 12 euro) maar je krijgt er wel iets voor terug; je kunt plekken bezoeken die in veel gevallen anders gesloten zijn voor het grote publiek en de boeiende uitleg door de vaak bezielde gidsen maakt het nog meer de moeite.



Reacties

Populaire posts van deze blog

Honey Wilder (en toch ook Kay Parker)

Flashback tijdens het afwassen

Paul, 94 jaar en Molenbeekenaar