BANAD 3: het Riez-herenhuis


In de late namiddag moest ik me naar de andere kant van Sint-Jans-Molenbeek begeven, richting metrostation Belgica, meer bepaald aan de Jubelfeestlaan, alwaar het herenhuis Riez gelegen is.
Had er tot voor enkele weken nog nooit over gehoord en moest in m'n zoektocht naar een ander art nouveau- of art decogebouw me daarmee "tevreden stellen". Maar het lag in Molenbeek en dat was praktisch en het feit dat het voor mij volledig onbekend was, wilde ook niets zeggen.

Dus op naar ginder; het was wat spannend, want ik had een gevulde agenda en het was toch minstens een half uur te voet van waar ik me op dat moment bevond, maar raakte er op tijd, mede dankzij het openbaar vervoer, maar zonder zou het wellicht ook wel gelukt zijn. 

Een volledige groep begon aan het bezoek aan het huis, dat al snel boeiend bleek, dankzij onze goede gids. Blijkbaar hadden enkelen van onze groep eerder op de dag een minder aangename ervaring gehad met hun gids die overduidelijk zou laten blijken hebben er helemaal geen zin in te hebben. De onze duidelijk wel; gelukkig maar.

Het Riez-herenhuis werd getekend door Jean-Baptist Dewin, die ook de architect was van het gemeentehuis van Vorst, dat ik vorig jaar had bezocht en voor mij een ware ontdekking was. Hij deed dit in opdracht van industrieel (bouwmaterialen) Joachim Riez die toen in de in ontwikkeling zijnde Maritiemwijk in Molenbeek kwam wonen. In 1928 was het voltooid en sindsdien is het maar 1x van eigenaar gewisseld; van de erven Riez kwam het in handen van de Brusselse coöperatieve verzekeringsmaatschappij CDA die het nog steeds in z'n bezit heeft en er heel goed zorg voor draagt. Net hierdoor is het ook niet beschermd. Misschien moet ik maar eens overwegen om bij hen een verzekering af te sluiten i.p.v. bij onpersoonlijke grootbanken en verzekeraars.
Overigens hebben ze naast dit pand relatief recent ook het Cauchiehuis gekocht en het ernaast gelegen gebouw. Het zou de bedoeling zijn het Cauchiehuis open te stellen voor bezoek (wat nu ook reeds het geval is, maar mogelijk meer dan wat er vandaag kan worden bezocht).

We bezochten de inkomhal en meerdere ruimtes op de eerste verdieping die vandaag nog steeds gebruikt worden en vroeger woonvertrekken waren, waaronder ook de keuken die vandaag nog steeds lijkt te dienen. De meubels die er staan zijn doorgaans niet origineel uit de periode dat het huis gebouwd werd maar men probeert wel zorgvuldig meubels te kopen die passen bij de stijl en het tijdperk van toen het pas gebouwd was. Speciale vermelding voor de Kortrijkse onderneming De Coene die toen voor heel veel sierelementen in het interieur zorgde.

Op het einde kregen we ook nog een boekje over het huis en de oorspronkelijke eigenaars. Was echt een mooi bezoek en -opnieuw- een bijzondere kennismaking, waarmee het weekend qua BANAD werd afgesloten.
Het gebouw wordt blijkbaar wel vaker opengesteld voor bezoek, onder meer om zo de band met Brussel en zijn bevolking te bewaren en te onderstrepen.



Reacties

Populaire posts van deze blog

Honey Wilder (en toch ook Kay Parker)

Flashback tijdens het afwassen

Paul, 94 jaar en Molenbeekenaar