Heaven stood still : the incarnations of Willy Deville
Een pas afgewerkte documentaire (de aftiteling vermeldde 2023) waar ik gisteren naar ben gaan kijken in redelijk beperkte kring en "intieme" setting in de Ancienne Belgique, dit na een tip van een vriend en partner in crime als het op muziek aankomt. Bovendien was deze screening zoals dat daar blijkbaar heet, gratis, dus een buitenkans want veel andere gelegenheden zouden er niet zijn om hem te bekijken.
Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de film maar 1 maal zou worden vertoond, maar door de grote toeloop gooide men de plannen om en gaf men twee voorstellingen. Dit betekende ook dat de planning lichtjes werd omgegooid en wij net te laat waren om de eerste bij te wonen, waarna we dus besloten te wachten tot de tweede zou beginnen en ons alvast in de bar of het cafetaria installeerden.
De eerste sessie werd blijkbaar door zo'n 30-tal personen bijgewoond, de tweede, waar wij bij waren, door zowat 70... waaronder Jacques Duvall, een beroemdheid bij vooral Franstaligen (bedankt om me erop attent te maken, J-M), dus er was bij de AB toch iets mis met hun wiskundige vaardigheden 😉😁. Wij zagen ons dan ook genoodzaakt op enkele tafels achterin te gaan zitten, want alle stoeltjes waren al bezet.
De documentaire duurt bijna anderhalf uur en is toch wel de moeite voor wie DeVille en/of zijn oeuvre beter wil leren kennen of ook gewoon wat meer over hoe de rock- en popindustrie werkt. Er waren verschillende momenten die serieus ontroerden, vooral dan enkele nummers waarvan stukken gespeeld werden.
Zelf was ik me tot nu helemaal niet bewust van hoe obscuur hij wel niet was in zijn thuisland, terwijl hij in Europa toch wel enige faam, populariteit en succes genoot. Uit de documentaire blijkt goed dat in Amerika zo goed als niemand hem kende. Voorts laat die ook goed zien dat hij zijn hele carrière eigenzinnig zijn eigen weg zocht en zijn zin trachtte door te drijven, wat zijn carrière niet altijd goed gedaan heeft, integendeel; meer dan eens stond hij zijn eigen succes in de weg, misschien ook gelukkig maar, anders zouden sommige meesterwerken misschien nooit zijn ontstaan. Zijn eigen platenmaatschappij (Capitol) saboteerde hem omdat ze niet wisten wat ze met "Le Chat Bleu" aan moesten en de opnames zoveel geld hadden gekost dat ze verkozen om de reeds zo goed als afgewerkte LP eenvoudigweg niet uit te brengen in de VS (ik vermoed omdat ze op die manier ook geen extra geld in promotie en distributie hoefden te stoppen). Dat het album toch uitkwam, was te danken aan iemand van Capitol in Europa die er wél in geloofde.
Uiteindelijk blijkt uit de documentaire dat hij eigenlijk maar weinig (relatief) zorgeloze jaren heeft gekend, want rond de eeuwwisseling hadden enkele van zijn oude demonen hem blijkbaar weer bijgehaald, waarna het weer bergaf ging op persoonlijk vlak en hij in de laatste 10 à 15 jaar van zijn leven uiteindelijk nog heel wat ellende heeft gekend.
Uiteindelijk blijkt uit de documentaire dat hij eigenlijk maar weinig (relatief) zorgeloze jaren heeft gekend, want rond de eeuwwisseling hadden enkele van zijn oude demonen hem blijkbaar weer bijgehaald, waarna het weer bergaf ging op persoonlijk vlak en hij in de laatste 10 à 15 jaar van zijn leven uiteindelijk nog heel wat ellende heeft gekend.
Ik had er ook geen idee van dat hij een hele tijd in Parijs heeft gewoond.
Wat minpunten misschien: het relatief snelle ritme van de interviews/gesprekken. Als er iemand 30 à 60 seconden ononderbroken aan het woord kwam, zal het relatief veel geweest zijn, want doorgaans kwam de volgende getuigenis al aan de beurt. Ook had ik graag wat meer aandacht gehad voor de albums van Mink DeVille die na de klassieker "Le Chat Bleu" kwamen en waarbij men hoogstens enkele seconden stilstond terwijl die net zo goed de moeite waard zijn (bijvoorbeeld "Coup de grâce" en "Where angels fear to thread").
Daarnaast was het tot slot nog fijn geweest om zijn versie te hebben over de (eufemistisch gesteld) personeelswissels binnen Mink DeVille tussen de 1ste en 2de plaat, maar daarover geen woord van hem of van diegenen die er meer over wisten (Jack Nitzsche, die deze mee heeft bewerkstelligd).
Daarnaast was het tot slot nog fijn geweest om zijn versie te hebben over de (eufemistisch gesteld) personeelswissels binnen Mink DeVille tussen de 1ste en 2de plaat, maar daarover geen woord van hem of van diegenen die er meer over wisten (Jack Nitzsche, die deze mee heeft bewerkstelligd).
Het was een aangename avond, doorgebracht op een plaats binnen de Ancienne Belgique waar ik nog nooit was geweest (mogelijk doorgaans voorbehouden voor filmvertoningen en concerten bijgewoond door een select publiek), in fijn gezelschap en allemaal daar om een opmerkelijk maar tegelijk miskend artiest en getormenteerde ziel eer te bewijzen.
Hier nog het eerste nummer van "Where angels fear to thread", uit 1983 en dat ik vanavond nog eens beluisterd heb; het werd me meteen bijna te veel...
"Each word's a beat of my heart" (concertopname; zijn verschijning in die jaren, en verschillende aspecten ervan, vormde natuurlijk ook een deel van de mythe bij zijn (toenmalige) fans)
Reacties
Een reactie posten